Voorwoord nieuwsbrief 13 januari 2022

2022 is begonnen! 

Dit schooljaar is bijna op de helft. 2021 eindigde voor jullie en voor ons best wel abrupt. Ineens werden we geconfronteerd met een lockdown. We hielden er serieus rekening mee dat de lockdown langer zou duren en dat wij ook deze eerste schoolweek van het nieuwe jaar elkaar enkel online zouden zien. Gelukkig is dat niet het geval. Zoals ik je vorige week al liet weten ben ik daar heel blij mee. 

Voor de kerstvakantie was het onrustig. In de maatschappij was het onrustig en ook op school was de onrust merkbaar. Een aantal van jullie raakte de motivatie kwijt of zocht de grenzen op. Voor jullie, de docenten en de andere medewerkers van onze school was december niet gemakkelijk. Een school als samenleving, als mini-maatschappij, functioneert alleen goed als we oog en oor hebben voor elkaar, ons houden aan de schoolregels en ons laten aanspreken op gedrag. Respect voor elkaar is essentieel. Wat mij betreft komen alle schoolregels daarin samen. Zelfs als het gaat om die terugkerende regel omtrent het dragen van een mondkapje. 

Een nieuw jaar betekent voor veel mensen een nieuwe start. Daarbij wensen we elkaar het allerbeste en veel geluk toe. Uiteraard wens ik dat jullie toe! 

Ik kan me voorstellen dat het voor jou op dit moment niet makkelijk is op school of thuis. Corona heeft impact op ons allemaal. Weet dat je altijd terecht kunt bij je mentor of andere medewerkers op school. Ook als je het even niet ziet zitten. 

 

Tot slot

Ik deel graag het nieuwjaarsgedicht van Ilja Leonard Pfeijffer met je. Hij schrijft elke twee weken voor de NRC een sonnet naar aanleiding van de actualiteit. Dit sonnet stond afgelopen vrijdag in de krant en is tegelijkertijd kritisch, grappig en troostrijk. Maak er een mooi jaar van!

 

Oud en nieuw sonnet

waarin de jaarwisseling in quarantaine wordt gevierd

 

Dit jaar brengt Oud en Nieuw ons heel veel oud 

en weinig nieuw. Verheugen is een ding 

van vroeger, voorpret een herinnering, 

die quarantaine net nog draaglijk houdt.

 

En zelfs het langverwachte kabinet 

is oud. Een handvol nieuwe stukken wordt 

na maanden zuchten op het oude bord 

geplaatst. Dezelfde tijd is weer aan zet.

 

Maar niets valt tegen voor wie niets verwacht. 

We kunnen ons met wrakhout ook verwarmen 

en dromen van de dag dat wij iets mogen.

 

Ik heb voor ons een winterslaap bedacht 

in quarantaine van je zachte armen 

tot ik ontwaak bij vuurwerk van je ogen.